MENS, DURF TE LEVEN!
Wim Kan: Burma dagboek 1942-1945
Wim Kan (1911-1983) zat tijdens de Tweede Wereldoorlog in een interneringskamp in Birma [nu Myanmar]. Hij hield toen een dagboek bij, dat later gepubliceerd is als Burma dagboek 1942-1945. Hieronder een fragment.
Maandag 8 november 9.50
Alleen met v. Drechts horloge op boomstam in het bus. Dag lieve, lieve Ol. Ik keek alle foto’s nog eens even na. Wat hou ik toch veel van je. Zouden we elkaar nou nooit meer terugzien? Ik zie er niets meer in. Volgens krant 2de offensief tegen Burma ook vastgelopen. Ik had zo vast gehoopt op einde van dit jaar einde oorlog en ’t ziet er zo helemaal niet naar uit. Alle mensen beginnen oud en vervallen te worden. Ik ook. Voeding beslist onvoldoende. Kijk maar naar de ontzettende zweren van de meeste mensen. Ook mijn linkerbeen zit weer helemaal vol. Doe er maar niets aan. Word erg mager. Droogde 2 Burma bloempjes ter ere van Ol. Ze liggen verderop in het schrift. Geen bericht van Cor of Nico. Men zegt beneden kamp 100 geen p.o.w. [prisoner of war] meer.
Mens, durf te leven
Het lied spoort mensen aan om meer van het leven te genieten en zich daar niet zoveel vragen bij te stellen; en het roept ook op niet altijd de geijkte paden te volgen, zich niet slaafs aan te passen bij de meerderheid. Thematisch gezien zet de tekst zich af tegen de destijds nog zo invloedrijke sociale controle, en tegen de aanvaarding van de autoritaire moraal. De laatste strofe van het lied is exemplarisch:
Het leven is heerlijk, het leven is mooi
maar vlieg uit in de lucht, en kruip niet in een kooi
mensch, durf te leven!
Je kop in de hoogte, je neus in de wind
en lap aan je laars hoe een ander het vindt.
Hou een hart vol van warmte en van liefde in je borst
maar wees op je vierkante meter een vorst,
wat je zoekt kan geen ander je geven:
mensch, durf te leven!
Mens, durf te leven (parodie)
In de jaren zeventig zong mijn vader samen met zijn oude kampmaat en vriend Wim Kan
in een café aan het Leidseplein in Amsterdam de parodie “Mens, durf te leven”.
Je leeft maar heel kort, maar een enkele keer
En als je straks anders wilt, kun je niet meer
Mens, durf te leven!
Vraag niet elke dag van je korte bestaan:
Hoe hebben m’n Pa en m’n Grootpa gedaan?
Hoe doet er m’n neef en hoe doet er m’n vrind?
En wie weet hoe of dat m’n buurman ervan vindt
En wat heeft het Fatsoen voorgeschreven?
Mens, durf te leven!
Je eet hier maar schaars, het rantsoen is niet groot
En wie zich niet goed bijvoedde, ging misschien zelfs wel dood
Mens, durf te leven!
Vraag niet elke dag van een doodgewoon blad
Of dat het nou heus wel vitaminen bevat.
Een rat is een rat en een slak blijft een slak
En als ik die zelfs in kaarsvet straks bak
Nou geloof dan toch zeker even. Mens, durf te leven!
Je leeft hier bedompt, er wordt heel wat ontbeerd.
En als ze zelfs bouwen aan die spoorlijn, dan gaat het verkeerd.
De staf is natuurlijk weer hartstikke blind.
De weekdienst niet wijzer en de dokter een kind. De keuken is gek met z’n oebi-dieet en jij bent de enige die hier nog wat weet. Mens, durf te leven!
Je hebt hier haast niks en een ander heeft meer.
En die merkt het niet eens, als je ‘t ‘leent’ voor een keer.
Mens, durf te bietsen!
Vraag niet elke dag; van wie is toch die jas?
Kom neem ‘m maar mee, want hij komt je zeker van pas.
Dat burgerbegrip van mijn en dijn, laat dat nou voorgoed maar geschiedenis zijn. Laat heel je beschaving maar fietsen.
Mens, durf te bietsen!
Je leeft maar heel kort, maar één enkele keer.
En als hier een vliegtuig komt, dan leef je wellicht niet meer.
Mens, durf te lopen!
Kijk niet eerst een uur in de helblauwe lucht. Sla als je iets hoort meteen op de vlucht.
Het woud is zo groot en je hart is maar klein. Je hoeft ook niet bang, alleen maar voorzichtig te zijn. Voor heldenmoed kan je niets kopen.
Mens, durf te lopen!
Je leeft maar heel kort, maar een enkele keer en als je straks anders wilt, dan kun je niet meer! Mens, durf te leven! Vraag niet elke dag van je korte bestaan: hoe hebben m’n Pa en m’n Grootpa gedaan?
Hoe doet er m’n neef en hoe doet er m’n vrind? En wie weet hoe of dat zelfs m’n buurman ervan vindt.
En wat heeft het Fatsoen voorgeschreven? Mens, durf te leven!